Op een dag ging Thiri weer eens naar SALCO, eerder omdat hij zin had in het afmaken van leerlingen dan in lesgeven.
Zijn dag begon reeds goed: een kat die voor zijn deur lag te slapen greep hij vast bij de staart en slingerde hij in de lucht. Het dier was wellicht op haar poten terechtgekomen, indien Thiri de kat niet had opgevangen op zijn ronkende kettingzaag. Gelukkig had hij een rode pull aan, anders zou het opgevallen zijn. De half opengezaagde kat, die ook nog half leefde, bond hij met de staart aan de achterbumper van zijn auto. Als een maniak begon hij rond te rijden. Toen hij aan een rond punt kwam, begon hij er rond te draaien. Hij draaide 5 keer rond aan 115 km per uur toen de staart van de kat tenslotte losscheurde door de middelpuntvliedende kracht en tegen een voorbijganger kwakte. Deze man had echter geen rode pull aan, zodat men duidelijk kon zien dat hij iets met Thirion te maken had gehad.
Zijn volgende slachtoffer was een oude vrouw die sukkelend de weg overstak. Toen ze in zijn gezichtsveld kwam, was zijn eerste reactie: gaspedaal induwen. Indien zij was doorgestrompeld, was ze nog kunnen ontsnappen, maar ze was zo verlamd toen ze de auto zag die aan waanzinnige snelheid op haar afkwam, dat ze niet meer kon reageren. Ze had nog een hondje bij, dat luid keffend probeerde te ontsnappen. Het arme diertje was echter vastgemaakt aan een nylon leiband die de vrouw krampachtig vasthield.
Aan 200 per uur bereikte Thiri de vrouw. Met een luide, doffe klap smakte de vrouw eerst tegen de bumper, waarbij haar twee benen op slag verbrijzeld werden, en nog geen tiende van een seconde later smakte ze met een tweede doffe klap tegen de voorruit, die eveneens verbrijzeld werd, samen met haar schouder, 5 ribben en ook nog haar hersenpan, maar dat is natuurlijk bijzaak. Terwijl uit talloze wonden bloed kwam gespoten, beschreef de vrouw een mooie, paraboolvormige baan (vergelijking: y = −0.75x2) over de auto. Het hondje werd meegesleurd maar bleef wonderwel ongedeerd. Thiri keerde echter zijn auto en kwam langzaam op het weerloze diertje af, terwijl het maar keffend aan de leiband bleef rukken. Toen het hondje zich voor zijn band bevond, minderde hij zijn snelheid nog. Zo werd de hond langzaam platgewalst. Het diertje stierf 20 keer langzamer dan zijn baasje. Thiri reed er nog tien keer over, wat hij altijd doet als hij een prooi heeft platgewalst. Zo was het dier totaal onherkenbaar. Men kon niet eens meer zien dat het een hond geweest was.
Vervolgens reed hij aan 150 per uur naar SALCO omdat hij bijna te laat was. Het gebrek aan een voorruit vulde hij op door zijn speciale “motor-bril” op te zetten.
Maar wat zag zijn oog toen hij daar aankwam? Een bus met “tweedes!” Hij was dus totaal vergeten dat de leerlingen van het tweede jaar vandaag op schoolreis gingen en dat hij geen les moest geven. Hij was dus helemaal voor niets gekomen, en uit razernij reed hij frontaal op de bus in. Om de razende chauffeur het zwijgen op te leggen, maaide hij hem omver met zijn machinegeweer, dwars door de ruit heen. Enkele kinderen die de nooddeur hadden opengekregen, verkoolde hij met zijn vlammenwerper die hij op de achterbank had liggen. Om te voorkomen dat er nog meer zouden weglopen, doorzeefde hij de bus ter hoogte van de benen.
De huilende en jankende kinderen werkten hem zo op de zenuwen dat hij besloot er zo snel mogelijk een einde aan te maken. Hij greep zijn kettingzaag, die op de plaats zat waar in een normale auto de brandblusser zit. Nadat hij een rond gat in de wand had gezaagd, begon hij de leerlingen zo origineel mogelijk af te slachten. Tegen bv. een leerling met 3 kogels in zijn benen zei hij: “heb je pijn aan je benen? Dan zal ik zorgen dat je er geen pijn meer aan kan hebben.” En hij zaagde zijn benen af. Een andere leerling, die nog niet gewond was, maar bedolven was onder een hoop doorzeefde en verkoolde leerlingen, zaagde hij het hoofd af en hij zette het op het lichaam van een andere onthoofde leerling. Omdat dit experiment niets opleverde, sloeg hij het hoofd er terug af met een arm die hij ergens had afgezaagd. Een andere leerling werd van onder naar boven in tweeën gezaagd. Nog een andere probeerde hij in schijfjes te zagen, maar omdat dat niet zo goed lukte, maakte hij er gehakt van.
Toen alle leerlingen ‘behandeld’ waren, nam hij enkele vaten kerosine uit zijn koffer en overgoot er de hele bus met leerlingen mee. Zijn aansteker was leeg en hij had geen zin meer om zijn vlammenwerper terug aan te zetten, dus schoot hij op de bus tot die in brand vloog. Omdat zijn auto niet meer bruikbaar was, stal hij de auto van Frits C.
Toen hij bij zijn vriend aankwam, die een hoop gestolen auto's had, blokkeerde hij het gaspedaal van Frits' auto en stuurde hij ze naar een muur. Met een snelheid van 180 per uur smakte het ding ertegen. Er werd bij de botsing heel wat kinetische energie naar warmte-energie omgezet.
Met een ‘nieuwe’ auto reed hij welgezind naar huis. Zijn uitstapje was toch niet zinloos geweest.