Op deze bladzijde heb ik wat van de randen zichtbaar gehouden, zodat u kan zien hoe onregelmatig de vorm van het blad was. De randen zijn niet eens recht!
Wat misschien ook opvalt is hoeveel leesbaarder het handschrift is. Oorspronkelijk werd het hier juist een stuk erger, maar tegen de tijd dat ik vele jaren later deze bladzijden inkte, was mijn handschrift eindelijk geëvolueerd tot iets leesbaars.
Klik op de tekening om te wisselen tussen de originele Nederlandse tekst en een Engelse vertaling in een meer leesbaar lettertype.
< Vorige Cover 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Achterflap Volgende >
Tomas was slim genoeg om zijn mond dicht te houden, anders had de explosie de inhoud van zijn onverwoestbare maag over gans het restaurant verspreid. Zijn buizen van Eustachius blijken onvoldoende capaciteit te hebben om het eten door te laten, dus komt er enkel wat stoom uit zijn oren.
Bemerk hoe het kacheltje op de tafel erin geslaagd is het tapijt in brand te steken. Dit was geïnspireerd door een echte ervaring in een Londens restaurant, The Singing Bamboo (inmiddels ongetwijfeld al lang verdwenen). Het kacheltje had daar niets in brand gestoken, maar produceerde wel vonken. In latere strips zou ik soms gelijkaardige kleine details toevoagen die niets met het verhaal zelf te maken hadden.
Tomas realiseert zich dat het uit de weg ruimen van SINK hem niet bevrijd heeft van het constante risico op explosies, integendeel. In plaats van naar een ander hotel te gaan dat hoogst waarschijnlijk ook zal ontploffen, breken de dieren hun trip naar Brussel wederom af en keren terug.
Op het bord naast de naam van het restaurant is te lezen: Chinees restaurant Chinois.
Voor een Brusselaar is dit waarschijnlijk niet zo verrassend want beide talen worden in Brussel gesproken en het is een samentrekking van de Nederlandse en Franstalige vertaling. In het Frans worden adjectieven na zelfstandige naamwoorden geplaatst, terwijl ze in het Nederlands ervoor komen. Ik weet niet of het tegenwoordig nog het geval is, maar in de jaren '80 waren dergelijke ‘gecomprimeerde’ tweetalige borden vaak te vinden in Brussel. Het Frans is nu zo hard doorgesijpeld in de ganse stad, dat het waarschijnlijk al moeilijk is om überhaupt nog een bord in het Nederlands te vinden.
Tomas begint plannen te smeden om in de schuilplaats van Smuggler te geraken, maar heeft weinig inspiratie. Deze zal echter snel komen, want zelfs in zijn wolkenkrabberpaleis is hij niet veilig voor gekken die bommen gooien. Een robotfoto van Smuggler (een zwarte vlek, ongetwijfeld) doet nu waarschijnlijk de ronde, maar hij heeft vele handlangers die voorbij de security kunnen geraken en bommen kunnen afleveren die netjes als verjaardagscadeautjes verpakt zijn.
Omdat Tomas onkwetsbaar is doet hij niet eens de moeite om dekking te zoeken. Prikkie is slim genoeg om Tomas' slechte advies niet te volgen dat hem kwestbaar zou laten voor rondvliegende scherven. In plaats daarvan gooit hij de tafel om en gebruikt die als schild.
Tomas schijnt de vorige aanslagen als grappen beschouwd te hebben, maar nu is hij echt pissig. Zijn kamer — en vooral zijn kostbare venster — zijn voor de derde keer vernield! Hij is nu vastberaden om Smuggler te pakken te krijgen, en hij heeft een briljant idee: een andere handlanger zal waarschijnlijk binnenkort nog een bom komen afleveren. Dus als hij die kerel kan vangen, kan hij zich vermommen als deze handlanger en infiltreren in Smugglers geheime schuilplaats. Gelukkig zijn diens handlangers zo dom als hijzelf, dus is het makkelijk om er een binnen te lokken met een duidelijk opzettelijk open gelaten deur, en hem een mep te geven op het hoofd.
Ga naar pagina 8